7. Omgangsregeling en co-ouderschap.
Inleiding
In het algemeen is het voor ouders geen eenvoudige zaak om goede afspraken over een omgangsregeling of het co-ouderschap te maken. Niet alleen moeten de ouders veel praktische zaken rond de omgang en het co-ouderschap regelen, ze moeten ook nog de emoties van henzelf en de kinderen hanteren.
Het is dan ook geen wonder dat problemen rond de omgangsregeling of het co-ouderschap vaak ontaarden in een “oorlog”, waarin de kinderen de grootste slachtoffers zijn.
Of het nu gaat om een omgangsregeling of een co-ouderschap in beide gevallen moeten de ouders veel regelen om een en ander in goede banen te leiden.
De Echtscheidingsspecialist geeft hieronder een aantal tips en wetenswaardigheden over de omgangsregeling en het co-ouderschap.
Wat is een goede omgangsregeling?
Er bestaat geen standaard voor een goede omgangsregeling. Een omgangsregeling is goed wanneer de ouders er mee kunnen leven en de kinderen er tevreden over zijn.
De manier waarop kinderen laten blijken of ze tevreden zijn met de omgangs-
regeling hangt af van de leeftijd. Vanaf een jaar of vier zijn kinderen in staat om hun ouders duidelijk te maken hoe ze de omgangsregeling beleven. Let daarom goed op de signalen of de verhalen van uw kind(eren) en probeer daar op te anticiperen.
Vooral in het begin kunnen kinderen -ook hele jonge kinderen- last hebben van heimwee naar de vader of moeder die niet meer bij hen woont. Probeer wanneer het enigszins mogelijk is aan de behoefte van de kinderen tegemoet te komen.
Gedacht kan worden aan:
- de kinderen regelmatig te laten bellen met de andere ouder;
- de mogelijkheid bekijken of de andere ouder de kinderen door de week een uurtje kan bezoeken of ontvangen;
- een foto van beide ouders of van de andere ouder naast het bed.
Wanneer ouders kiezen voor een omgangsregeling ontvangt de ouder waar het kind woont de kinderbijslag en eventueel de éénouderheffingskorting.
WEETJE:
Kinderen hebben soms in de overgangssituatie van de ene ouder naar de andere ouder tijd nodig om te wennen. Veel kinderen uiten dat door stil of verdrietig te zijn, andere kinderen kunnen druk of agressief worden. Dit hoeft dus niet te betekenen dat kinderen zich bij één van de ouders niet op hun gemak zouden voelen. Kinderen hebben, net als volwassenen, soms tijd nodig om zich voor te bereiden of aan te passen aan andere situaties. |
Hoe geef je de omgangsregeling vorm?
Op welke wijze de omgangsregeling gestalte krijgt hangt natuurlijk af van de leeftijd van de kinderen en de praktische mogelijkheden die er zijn zoals werk van de ouders, school van de kinderen en de woonafstand tussen de ouders na de scheiding. Een aantal richtlijnen kan in elk geval worden meegegeven.
- Bij jonge kinderen, zeker bij kinderen tussen de nul en de twee jaar, is een omgangsregeling van één weekeinde in de twee weken te weinig om een band op te bouwen met de ouder waar ze niet wonen. Gedacht kan worden aan een regeling waarbij de kinderen de andere ouder tenminste één keer per week zien.
- Wanneer ouders tijdens hun relatie naast de opvoeding van hun kinderen werkten, hadden ze het druk. Wanneer ouders na hun scheiding beiden blijven werken en een (groot) deel van de opvoeding alleen moeten doen dan krijgen zij het nog zwaarder. Houdt bij het vormgeven van de omgangsregeling rekening met het feit dat beide ouders ook voldoende rust krijgen.
- In de meeste gezinnen is het zo dat met name in de weekeinden leuke dingen worden gedaan met de kinderen. Houdt er dus rekening mee dat elke ouder de kinderen tenminste één weekeinde per maand de kinderen heeft om leuke dingen te kunnen doen.
- Op doordeweekse dagen gelden meestal andere regels van opstaan, huiswerk maken en dergelijke dan in het weekeinde. Het is goed dat de kinderen deze regelmaat ook meemaken bij de ouder waar ze niet wonen. Bovendien blijft deze ouder hierdoor meer betrokken bij de school- en sportactiviteiten van de kinderen.
- Denk ook aan de privacy van de ouders. Nadat de scheiding een plaats heeft gekregen in het leven, moet er een nieuw sociaal en maatschappelijk leven worden opgebouwd zonder de kinderen.
- Leg de verantwoordelijkheid van en het nakomen van de afspraken rond de omgangsregeling niet bij de kinderen. Kinderen tot een jaar of twaalf kunnen deze verantwoordelijkheid niet aan. Rond het twaalfde jaar doet de pubertijd zijn intrede, een tijd waarin volgens de puber de wereld rond de puber zelf draait en waarin de puber zo weinig mogelijk rekening wenst te houden met zijn ouders (al dan niet gescheiden)
Regelen van praktische zaken
Veel ouders gaan ervan uit dat wanneer de omgang tussen de kinderen en de ouders in het convenant is opgenomen de omgangsregeling wel goed zal lopen. Helaas blijkt uit de praktijk dat dit niet zo werkt. Er moeten ook afspraken gemaakt worden over o.a. het volgende:
- wie haalt en/of brengt de kinderen van de ene ouder naar de andere?
- wanneer er sprake is van reiskosten, wie neemt deze dan voor zijn rekening?
- waar vieren de kinderen hun verjaardag en is de andere ouder wel of niet welkom?
- wat te doen bij verhindering van de andere ouder door ziekte, werk of studie?
- bij welke ouder, worden welke feestdagen doorgebracht;
- wat te doen met de vakanties?
- wat te doen met de verjaardagen en feestjes van familieleden, die buiten de afgesproken omgangsdagen vallen?
- hoe gaan de ouders om met levensbeschouwlijke of religieuze opvattingen die voor de ene ouder wel van belang zijn en voor de andere ouder niet?
- hoeveel kinderkleren gaan er mee en wie wast ze?
- wie betaalt wat voor de kinderen?
Zo zijn er nog veel meer zaken te bedenken waar ouders afspraken over moeten maken. Het is handig om op basis van beider agenda’s , bijvoorbeeld één keer in de drie maanden, een rooster te maken voor de omgangsregeling.
Opvoedingsafspraken
Elke ouder heeft zijn eigen manier van opvoeden en van omgaan met de kinderen. Dat was in de huwelijkse periode zo en dat patroon zet zich voort na de echtscheiding. Dit hoeft op zich geen probleem te zijn, wanneer de opvoedingsstijlen niet al te ver uit elkaar (gaan) lopen.
Kinderen hebben op jonge leeftijd al te maken met verschillende opvoeders, zoals bijvoorbeeld de oppas, de leiding van de peuterspeelplaats, ouders van vriendjes en vriendinnetjes en leerkrachten. Kinderen voelen en weten dat bij elke opvoeder andere regels gelden en zijn flexibel genoeg om zich aan te passen.
Verschillen in opvoedingsstijlen hoeven voor kinderen geen enkel probleem te zijn, zolang de opvoeders voldoende veiligheid en geborgenheid bieden. Die veiligheid valt weg wanneer opvoeders openlijk kritiek op elkaar hebben in het bijzijn van de kinderen. Helemaal wanneer die opvoeders papa en mama zijn, die niet meer bij elkaar wonen.
Probeer, zolang de kinderen veilig zijn bij de andere ouder niet al te kritisch te zijn. Het zijn uiteindelijk de kinderen, en niet de ouders, die bepalen of de ouders het als opvoeder goed of slecht doen/hebben gedaan.
Toch zullen ouders onderling een aantal basisafspraken moeten maken. Over het algemeen is opvoeden een vrij intuïtieve en flexibele aangelegenheid, omdat opgroeiende kinderen wisselende opvoedingsstijlen nodig kunnen hebben.
Het is dus niet altijd eenvoudig om over de opvoeding duidelijke schriftelijke afspraken te maken. Wat in elk geval helpt, bij jonge kinderen, is het aanleggen van een schriftje, waarin de belangrijkste gebeurtenissen in de beide gezinssituaties genoteerd worden.
Dit heeft als voordeel dat beide ouders goed op de hoogte blijven van de sociale, emotionele en lichamelijke ontwikkeling van hun kinderen.
Emoties van de ouders met betrekking tot de omgangsregeling
Uit ervaringen van gescheiden ouders blijkt dat het hanteren van de emoties één van de moeilijkste zaken binnen de omgangsregeling is. Zeker in het begin is het lastig om je kind(eren) naar de andere ouder te laten gaan of om de kinderen na de bezoekdagen weer terug te brengen.
Ook is het vaak moeilijk om van de kinderen te horen dat ze het bij de andere ouder ook leuk hebben. Kinderen zijn slim, ze merken het wanneer ouders verdriet hebben of boos zijn. Dat is niet erg zolang de ouders elkaar maar niet de schuld geven van hun verdriet of boosheid.
Met andere woorden: ouders moeten kinderen het gevoel geven dat ze zowel van papa als van mama mogen houden. De ouder die de kinderen het minst ziet, zal de kinderen verwennen om het gemis over en weer te compenseren.
Dit is voor de ouder waar de kinderen thuis wonen niet altijd even makkelijk. Probeer als ouders niet tegen elkaar op te bieden of de verwennerij af te keuren, maar leg de kinderen uit waarom ze bij de andere ouder meer verwend worden dan thuis.
Als er over de omgang met beide ouders goede afspraken gemaakt zijn en er aan beide zijden vertrouwen en respect bestaat, zullen na verloop van tijd de meest heftige emoties overgaan en komt er ruimte om leuke dingen te doen voor jezelf op de momenten dat de kinderen bij de andere ouder zijn.
Tip:
Voor de ouder waarbij de kinderen niet zijn omdat ze verblijven bij de andere ouder kan, met name vlak na de scheiding, soms erg de kinderen missen en het moeilijk vinden, zeker tijdens het weekeinde, zijn/haar dag in te vullen.
Het helpt om gedurende de periode waarin je de kinderen erg mist, veel afspraken te maken of in het weekeinde aan het werk te gaan. De afleiding zorgt er voor dat het gemis minder gevoeld wordt en zorgt er ook voor dat, ondanks de scheiding, de draad van het leven weer opgepakt wordt.
|
Emoties van de kinderen met betrekking tot de omgangsregeling
Zeker in het begin denken kinderen dat ze voortdurend één van beide ouders in de steek laten (loyaliteitsconflict) of ze nu “thuis zijn” of bij de andere ouder zijn. Jongere kinderen kunnen deze emotie niet onder woorden brengen, oudere kinderen durven het vaak niet te verwoorden.
Als gevolg van het loyaliteitsconflict durven kinderen vaak niet aan de ouders te vertellen dat ze het bij beiden leuk hebben, omdat ze denken dat ze daar de ouders verdriet mee doen.
Het is de taak van de ouders om hun kinderen te helpen van deze ‘nare gevoelens’ af te komen.
Laat aan de kinderen merken dat het goed is, dat ze naar de andere ouder gaan. Ook hier kan het bijhouden van een schriftje uitkomst brengen.
Als kinderen merken dat ouders geen geheimen voor elkaar hebben voor wat betreft de kinderen, wordt het voor hen makkelijker om vrijuit te spreken over de andere ouder en wat ze daar beleefd hebben.
Het meest nare wat kinderen kan overkomen is dat ze geheimen moeten hebben voor papa of mama. Kinderen worden verscheurd door uitspraken als: “Vertel het maar niet aan papa/mama” of “Het is beter dat papa/mama het niet weet”.
Bij een goed lopende omgangsregeling, waarbij beide ouders elkaar met respect behandelen, zullen kinderen snel wennen aan de situatie dat papa en mama gescheiden zijn en door gaan met hun leventje.
Wanneer echter de omgangsregeling als wapen gebruikt wordt door de ouders om elkaar dwars te zitten, komen de kinderen in de knel met alle gevolgen van dien.
Tip:
Kinderen vinden de ouder die zonder kinderen thuis is vaak zielig en eenzaam. Omdat een kind zelf vaak troost vindt bij een huisdier, kan een huisdier(tje) ook hier uitkomst bieden.
Voor het gevoel van de kinderen is de ouder dan niet meer alleen.
|
Afspraken rond het halen en brengen van de kinderen
Het is van belang om duidelijke afspraken te maken over het tijdstip dat de kinderen gehaald/gebracht worden. Bij veel omgangsregelingen is het ‘afgesproken’ moment van halen en brengen een terugkerende aanleiding tot conflicten tussen de ouders.
Maak duidelijke afspraken voor wat betreft het tijdstip en wie de kinderen haalt en brengt.
Wat is co-ouderschap?
De term co-ouderschap wordt gebruikt om aan te geven dat ouders na de scheiding hun kinderen gezamenlijk willen blijven opvoeden, waarbij de kinderen deels bij hun vader en deels bij hun moeder wonen.
Het is niet per se noodzakelijk dat de kinderen voor 50% bij de vader en 50% bij de moeder verblijven, dit kan ook in een andere verhouding. De ouders komen in onderling overleg overeen op welke wijze het co-ouderschap ingevuld gaat worden.
De invulling van het co-ouderschap en een uitgebreide omgangsregeling.
Hoe de verdeling van het co-ouderschap eruitziet, is afhankelijk van de praktische mogelijkheden die er zijn rond het werk van de ouders en de school van de kinderen. Net als bij de omgangsregeling dient er rekening gehouden te worden met de belangen van de kinderen en de belangen van de ouders.
Naast alle zaken die ook bij een omgangsregeling moeten worden afgesproken, dienen bij een co-ouderschap nog meer aanvullende afspraken gemaakt te worden en dient aan een aantal voorwaarden te worden voldaan.
Voorwaarden:
- de ouders moeten goed kunnen communiceren;
- het is makkelijk wanneer de ouders bij elkaar in de buurt wonen;
- de ouders moeten het aankunnen om elkaar veel te zien;
- beide ouders moeten er niet tegenop zien om een paar keer in de week dingen te halen of te brengen, zoals de gymtas, de knuffel of een studieboek dat is blijven liggen;
- en de allerbelangrijkste voorwaarde is of de kinderen het aankunnen om in twee huizen te leven.
Aanvullende afspraken:
-
de ouders moeten duidelijke afspraken maken over wie wat betaalt, vaak biedt een kinderrekening, waarover beide ouders het beheer hebben, hier uitkomst;
- wie schaft de kleding aan en wie bepaalt wat de kinderen aan kleding meenemen naar de andere ouder;
- welk speelgoed gaat mee naar de andere ouder en wat niet;
- wat te doen bij “grote paniek” wanneer bijvoorbeeld de lievelingsknuffel of de gymkleding bij de andere ouder ligt?
Co-ouderschap en kinderalimentatie.
Wanneer er een verschil tussen het inkomen van de ouders bestaat, dient ook in het geval van co-ouderschap kinderalimentatie betaald te worden.
Zie voor meer informatie de pagina over kinderalimentatie
Co-ouderschap juridisch en fiscaal.
De term “co-ouderschap” is geen juridische term en heeft geen juridische meerwaarde boven bijvoorbeeld de term “gezamenlijk ouderschap” of “uitgebreide omgangsregeling”.
Wanneer in het convenant gebruik gemaakt wordt van het woord co-ouderschap moet met de Sociale Verzekeringsbank (kinderbijslag) en de fiscus (éénouderheffingskorting) afspraken gemaakt worden over de verdeling van de kinderbijslag en de éénouderheffingskorting tussen de ouders.
Soms is het fiscaal voordelig om in het convenant het afgesproken co-ouderschap niet of anders te benoemen, waardoor ouders mogelijk beiden recht hebben op de éénouderheffingskorting.
Evaluatie en ouderschapsplan
In het ouderschapsplan kunnen alle afspraken worden vastgelegd rondom de verzorging en de opvoeding van de kinderen die niet in het convenant staan. Daarnaast kan in het ouderschapsplan een afspraak worden gemaakt om bijvoorbeeld één keer per half jaar de gemaakte afspraken te evalueren.
Pas wanneer de gemaakte afspraken in de praktijk zijn uitgetest, kan beoordeeld worden of de afspraken voor de ouders en de kinderen goed uitpakken.
De Echtscheidingsspecialist heeft een uitgebreid ouderschapsplan gemaakt, waarvan u gebruik kunt maken.
Zie hiervoor de pagina “Ouderschapsplan”.
|